Groningen

Terwijl de overgrote meerderheid van de hugenootse vluchtelingen die naar Nederland kwamen zich in Amsterdam vestigde, kende de Noord-Nederlandse stad Groningen in het begin van de 18e eeuw een aanzienlijke hugenootse gemeenschap. De Groningse overheid wilde graag een bloeiende textielindustrie opzetten met de hulp van de vele hoogopgeleide hugenoten die hun kant op waren gekomen. Tussen 1682 en 1720 ontdekken de archieven van de stad meer dan 1100 namen (cumulatief) van Franse volwassenen, waarvan wordt aangenomen dat ze allemaal religieuze vluchtelingen waren, waaronder ten minste 11 personen uit de Languedoc in Frankrijk.

Pierre Leignes werd geboren in Sorèze, Languedoc, Frankrijk, op 14 november 1697. Hij was de zoon van Elie Leignes en de kleinzoon van Charles Leignes, die van beroep "Teinturier" – oftewel kleur of verfkleurmakers – waren in Sorèze. We weten niet de exacte datum waarop hij naar Nederland kwam en zich in de stad Groningen vestigde, maar hoewel de meerderheid van de hugenootse vluchtelingen die naar Nederland vluchtten zich in Amsterdam vestigden, kunnen we aannemen dat hij naar Groningen ging nadat hij had gehoord over werkgelegenheid in de opkomende textielindustrie aldaar.

Maar ook kunnen we zeker zijn dat hij daarheen ging om Franse familieleden te ontmoeten die zich al eerder in Groningen hadden gevestigd. Onder hen bevond zich een oom, Jacques Fabre, die, net als Pierres moeder Anne Fabre, ook uit Revel in de Languedoc kwam en tegen het einde van de 17e eeuw samen met zijn ouders en zus Johanna in Groningen was aangekomen. Jacques Fabre, die al een gevestigde naam had in de lokale gemeenschap, was ouderling in de plaatselijke Franse kerk en kreeg in 1685 toestemming om een ​​koffiehuis te openen.

Op 15 december 1726 trouwde Pierre Leignes met Marie Madelaine Rey in de Waalse Kerk (Waalsche Kerk) in Groningen, en in 1728 vroeg en kreeg hij het Nederlandse staatsburgerschap. Hoewel deze gebeurtenissen zich in Nederland afspeelden, vond de informatie zijn weg terug naar Frankrijk, zoals vermeld in dit fragment uit de Historical Review, Scientific & Literary Department van Tarn (voormalig land van de Albigenzen). Frankrijk, deel 30-31:

Marie Madelaine Rey werd geboren in Leeuwarden, in de provincie Friesland, Holland, in 1693. Ze was de dochter van Pierre Rey, geboren in 1655 in Revel, Languedoc, die in 1690 naar Holland kwam, en Marie Pont (of Pons) geboren in 1655 (geboorteplaats niet bevestigd, maar hoogstwaarschijnlijk ook Revel). Interessant is dat de moeder van Marie Pont een Madeleine Leignes was, de dochter van een Jaques Leignes uit Revel, dus er was mogelijk al een familieband tussen de families Rey en Leignes in Frankrijk vóór Marie Madelaine Reys huwelijk met Pierre Leignes in Groningen in 1726.

Voordat ze in Nederland aankwamen, waren zowel Pierre Rey als Marie Pont gedwongen hun protestantse geloof af te zweren – net als zoveel andere Franse protestanten – na de intrekking van het Edict van Nantes in 1685. Ze deden dit in Revel, Languedoc, op zondag 14, maandag 15 en dinsdag 16 oktober 1685, samen met vele andere protestanten in hun gemeenschap tijdens een misceremonie in de plaatselijke parochie. church.

In 1690 waren ze echter, net als vele andere hugenoten, naar Nederland gevlucht en vestigden zich in Leeuwarden, in de provincie Friesland. In 1701 werd het beroep van Pierre Rey vermeld als "Marchand perruquier" – (pruikemaker).

In 1730 was Pierre Leignes ouderling van de Franse of Waalse kerk in Groningen en stond hij in de kerkregisters vermeld als "Fabrikant" van beroep. Informatie uit de Groningse archieven geeft aan dat Pierre Leignes Jean La Carrière, een succesvolle lokale ondernemer, opvolgde in een modezaak of apotheek die ook gezondheids- en schoonheidsmiddelen verkocht zoals Sirop de Capilaire à la Fleur d'Orange, naast Fabers Elixer en andere populaire drankjes uit die tijd.

In 1755 trouwde Pierres zoon Paul Jacques Leignes (geb. 1731) met Louise Jeanne La Carrière, de dochter van Jean La Carrière. Later zouden ze naar Emden verhuizen, net over de grens in Duitsland, na zijn benoeming tot predikant in de Franse gemeenschap aldaar. In 1758 kregen ze een dochter, Marie Madelaine Leignes, die trouwde met jhr. Victor de la Forest en de la Tour de Serière te Blegny, Trembloleur, Luik, België, in 1781. Ze kregen een zoon in 1788, Guillaume de Serière, die in 1841 werd benoemd tot gouverneur van de Molukken, een eilandengroep binnen de (toenmalige) Nederlandse kolonie Indonesië.

 

Ouderlingen – of 'ancien' – van de Franse Kerk in Groningen verstrekten af ​​en toe schriftelijke referenties namens kerkleden die naar elders verhuisden, maar vanwege hun vluchtelingstatus moesten ze vertrouwen op verklaringen zoals die medeondertekend door Pierre Leignes in 1735:

Hoewel het erop lijkt dat Pierre Leignes het grootste deel van zijn werkzame leven in Groningen doorbracht, verhuisde hij op latere leeftijd (rond 1765) met de rest van zijn familie naar Amsterdam en werd op 19 oktober 1772 begraven op de begraafplaats van de Waalsche (of Franse) Gereformeerde Kerk in Amsterdam. Uit de begraafakte blijkt ook dat hij ten tijde van zijn overlijden op 75-jarige leeftijd woonde bij zijn zoon Guillaume aan de Kalverstraat in Amsterdam.

---

Copyright gendata.ca